zandbank:



[EN] is an arts criticism platform rooted in Groningen, NL. We believe in slow reflection, in sustainable criticism, and the power of extensive contemplations and considerations - and wish to move away from "actuality" and rushed writings.

Currently, we are facilitating the production and spreading of art texts and entering several archives for republications.

~   ~   ~   ~   ~   ~   ~   ~   

[NL] is een kunst-kritiek-platform geworteld in Groningen, NL. We geloven in langzame reflectie, in duurzame kritiek, en de kracht van uitgebreide overpeinzingen en overwegingen - en wensen weg te bewegen van "actualiteiten" en gehaaste teksten.

Op het moment faciliteren wij de productie en verspreiding van kunst-discursieve teksten; Aan de andere kant duiken wij in de archieven voor herpublicaties.

~   ~   ~   ~   ~   ~   ~   ~   

This site is continually in process, and will be expanded over time. We are always interested in contributions or proposals, which can be mailed to platform.zandbank[at]gmail.com.

publishes,


       [EN]
My Child Could Do That
       Michiel Teeuw & Dinnis van Djiken

       [EN]
Call for writers
       zandbank



archives,


       [NL] / [EN]
SIGN: Archive 1988-1993
       VARIOUS AUTHORS


       [NL] / [EN]
SIGN: Archive 1993-1999
       VARIOUS AUTHORS

ZONDER TITEL

R Som Djien Tan - 1993 - NL



VERANTWOORDING

Ons zien wordt bepaald door onze cultuurhistorische achtergrond; deze beperkt ons. Door te reizen en zoveel mogelijk in contact te komen met andere volken, andere culturen heb ik geprobeerd om mijn westerse kijkgedrag te doorbreken.

Zo ben ik er bijvoorbeeld in Nepal achter gekomen dat er zich een wereld in mijzelf bevindt die niet door fysieke grenzen van de wereld om mij heen gescheiden wordt. Die ervaring probeerde ik in Nederland opnieuw te beleven door te gaan hardlopen. Het leek of mijn schaduw zich onafhankelijk van mij bewoog, geen deel van mijzelf maar toch onlosmakelijk met mijzelf verbonden. Tijdens het schilderen probeerde ik die ervaring vast te leggen door mijn schaduw tot onderwerp te maken.

Een moeizaam proces, waarbij ik al schilderend contact probeerde te leggen met het deel van mijzelf waar ik geen controle over had. Een logisch vervolg hierop is de "mais"serie, geïnspireerd door het maisveld van vrienden in Nepal. Bij deze vrienden hebben we ongeveer 2 maanden gelogeerd omdat ik moest genezen van een leverinfectie die ik in Ladakh had opgelopen.

In die tijd zag ik de mais groeien. Door rust en inkeer kreeg ik een andere kijk op de werkelijkheid. Het ontstane beeld is slechts een deel van het totaal dat zich eindeloos uitstrekt.

Tegelijkertijd kwam de behoefte boven om de vorm expressiever te benaderen. Als nieuwe uitgangsvorm koos ik stenen, omdat die eindeloos in vorm kunnen variëren. Een steen belichaamt voor mij een symbolische eeuwigheid. Bij de benadering van dit begrip faalt de westerse zienswijze door de arrogantie waarmee zij theoretische waarden aan de dingen toekent. Een steen is voor mij niet absoluut; een steen ontstaat, verandert en vergaat. Tijdens onze vele trektochten door de Himalaya en andere gebergten, werd het mij steeds duidelijker dat ook bergen niet eeuwig zijn. Ze zijn slechts eeuwig in onze ogen. De stenen die ik schilder zijn voor mij net als de mais, slechts een deel van een groter geheel. Ik isoleer er een om te bekijken, ik leg er een aantal naast elkaar voor de compositie, maar de werkelijkheid gaat verder.

Verandering, slijtage en groei van het gebergte zijn processen waarmee we geconfronteerd werden tijdens onze reis door het Andesgebergte. Het bracht mij tot het schilderen van gletsjers en vulkanen omdat het vooral deze natuurverschijnselen zijn die daar de veranderingen veroorzaken. Daarmee probeerde ik de schijnbare tegenstelling tussen vergankelijkheid en eeuwigheid, tussen actie en rust, tussen begin en eind te overbruggen.

Het onderwerp, de inhoud en de actie van het schilderen komen steeds meer in elkaars verlengde te liggen, omdat mijn gedachten zich meer en meer zijn gaan aanpassen aan mijn visuele obsessie. Het wordt mij steeds duidelijker dat processen niet begrensd worden door een begin en een einde, dat situaties niet gedefinieërd kunnen worden, en dat strukturen geen orde van chaos kunnen maken.

De vraag naar de oorsprong bracht ons naar China waar ik een cultuur vond die zo vreemd is, zo verschillend van de westerse, dat ik me afvraag of ik er wat mee kan. Het zoeken naar het einde en het begin van de steen bracht ons naar het zand van de Gobiwoestijn en de vulkanen van de Filippijnen.














"LEENSTEENPROJECT"

De installatie bestaat uit twee delen: een vitrine met stenen en een aantal foto's die op een bestaande wand zijn bevestigd. De vitrine is een, met een glasplaat afgedekte, acht centimeter hoge rechthoekige bak op poten, de stenen variëren in kleur, vorm en grootte. De stenen bevatten hun eigen geschiedenis, ze zijn ontstaan, gegroeid en door de elementen gevormd. Op een zeker moment zijn ze deel uit gaan maken van de personen die ze bij zich gedragen hebben, soms als symbool van een gebeurtenis, een herinnering of gewoon zomaar zonder aanwijsbare reden. In ieder geval heeft die ene persoon die ene steen bij zich gehouden.

De foto's zijn van de personen die de stenen in de vitrine geleverd hebben, de ene keer zijn ze herkenbaar dan weer helemaal niet, hier en daar is er gekozen voor een foto uit de kindertijd. Het zijn bevroren momenten uit een proces van verandering, het beeld kan gelezen worden, het verteld een verhaal over de persoon; de analyse of gelijkenis is niet van belang.

Hetzelfde geldt voor de stenen die wel of niet bij de persoon passen of horen. Het oordeel is niet van belang, het gaat om de neerslag van het proces waar het deel van uit heeft gemaakt en nog steeds deel van uit maakt.

Met dank aan de volgende personen die mij een steen geleend hebben voor dit projekt:
Tom en Corry Been
Frans Fransen
Gao Fu Hong
Nap Guldenaar
Chris Hinze
Maria B. Mast
Claudia Mecklenburg
Gustav Mecklenburg
Peter Oosting
Sita Pahari
Arjo Passchier
Jaquelien Sluis
Aafke Sterenberg
Deborah and Nader Tamannaie
Kelly Travis
Aafke van Veen
Hanny van der Vlugt



"LEISTENENPROJECT"

Het objekt bestaat uit veertig op leistenen bevestigde schilderingen in een houten bak. De bak is tweeënvijftig bij veertig centimeter, de leistenen steken boven de bak uit en geven het totaal een hoogte van twintig centimeter.

De acrylverf schilderingen zijn op stukjes doek van ongeveer vijftien bij tien centimeter aangebracht. Het doek is rafelig aan de randen omdat het (af) gescheurd is. De veertig schilderingen lijken op het eerste gezicht allen gelijk; het zijn blauwe vlakken met daarop, vrij centraal, rode stenen omgeven door een gele vlammende rand. De rode stenen variëren enigszins in vorm en grootte en de gele randen zijn bij nadere beschouwing duidelijk allemaal anders van vorm. De doekjes zijn op leistenen geplakt. De leistenen zijn dertig bij achttien centimeter en zijn schuin naar achter hellend met de langste kant horizontaal achter elkaar in de bak geplaatst, zodat er een effect van een archiefbak met systeemkaarten ontstaat. De bak is gemaakt van vier dikke, uit populier, gekapte planken. De bodem is een dunne plaat van hetzelfde hout. In feite is de bak slechts de drager van het objekt en in materiaalkeuze en bewerking alleen bedoeld om het objekt vorm te geven, te accentuëren en te presenteren.

De beschilderde doekjes zijn afkomstig van een doek van negentig bij honderdtien centimeter. Het grote doek is eerst beschilderd en toen gescheurd tot veertig kleine doekjes. De kleine doekjes zijn daarna bijgewerkt en tenslotte per stuk op een leisteen geplakt. Oorspronkelijk behoorden de vlammende stenen bij elkaar op hetzelfde doek. Na een ingreep die, door het scheuren, het wezenlijke karakter van de geweven ondergrond niet aantastte, werden de stenen van elkaar gescheiden. Dezelfde scheiding, van een grote plaat in kleinere plaatjes, heeft plaatsgevonden bij de leistenen. Ook hier is door de manier van ingrijpen, het splijten, het wezenlijke karakter van de steen niet aangetast. Beide ingrepen benadrukken juist de karakters van de gebruikte materialen. De kleine schilderijtjes met vlammende steen op hun leistenen drager zullen per stuk verkocht worden. Het objekt zal hierdoor uiteenvallen en de afzonderlijke elementen zullen verder gescheiden worden. Er zal een geografische spreiding plaatsvinden en ieder element zal een eigen plaats innemen. Het nu tot objekt verworden element zal een wisselwerking aangaan met zijn nieuwe omgeving.



"ZWERFKEIEN PROJECT"

De installatie bestaat uit ongeveer twintig zwerfkeien in een rechthoek gerangschikt omsloten door vier balken. Het geheel ligt op de vloer en heeft een totale afmeting van twee meter bij een meter vijfenvijftig, in hoogte variërend van dertig tot veertig centimeter.

De zwerfkeien zijn schoon en hier en daar is wat aangroei van korstmossen te zien. Ze variëren in vorm en grootte van twintig tot veertig centimeter in doorsnede. De balken zijn gespleten en gekapt uit een berk. De vorm en groeiwijze van de boom is nog duidelijk te zien, op sommige plekken is nog schors zichtbaar.

De stenen hebben een volkomen natuurlijke uitstraling, ze zijn overduidelijk gevormd door langdurige glaciale processen. De vormen zijn over het algemeen rond door de afslijpende werking die het ijs in de gletsjers heeft. De enorme krachten die op de stenen hebben ingewerkt zijn duidelijk te zien aan de grote breukvlakken die op sommige stenen aanwezig zijn. De stenen hebben een lange weg achter de rug, ze zijn door de aarde gevormd, ze zijn een deel van de aarde zelf. Door de beslotenheid van de balken worden ze geïsoleerd van hun natuurlijke omgeving. Dit wordt nog eens versterkt door de manier waarop de balken gevormd zijn. De balken zijn aangetastte stukken boom; het is geen dood hout, maar een door mensenhanden gemodelleerde boom. De mens (kunstenaar) heeft het ene natuurlijke element tot instrument gemanipuleerd om het andere natuurlijke element (de steen) te onderwerpen.